Ribblokkades

Inleiding
Hoewel er al decennia lang door diverse auteurs pijnklachten op de borst en of tussen de schouderbladen worden beschreven is het nog steeds een weinig bekend ziektebeeld bij artsen, specialisten en zelfs onder fysiotherapeuten. Tijdens mijn studie manuele therapie in Eindhoven maakte ik voor het eerst kennis met de beschrijving van dit fenomeen.
De oorzaak zit dan meestal in de verbinding tussen rib en ruggenwervel (het costovertebrale gewrichtje). Er is dan sprake van een zeer kleine verschuiving van dit gewrichtje waardoor het bijna niet meer beweegt. Wij spreken dan van een ribblokkade. Dit gebeurt meestal in inademingstand.
In de 25 jaar dat wij deze patiënten in onze praktijk behandelen is het aantal van hooguit tien per jaar inmiddels is opgelopen tot 50 á 100 per jaar.

1. Hulpvraag
Plotselinge felle stekende pijn meestal op de borst maar ook vaak tussen de schouderbladen, zonder dat er aanwijzingen zijn die met hart- of longproblematiek te maken zouden kunnen hebben. Hoewel een echte oorzaak niet bekend is, zijn er wel aanleidingen, die zo dikwijls voorkomen, dat zij een belangrijke aanwijzing kunnen zijn.
Dit zijn o.a.:
– Verkeerde beweging
– Periode van langdurig hoesten
– Stoeien of vechten
– Kleine ongevallen of (micro)traumata
– Langdurig onderuit zitten
– Hypermobiliteit

2. Observatie en onderzoek
Naast het vragen naar de aanleiding zijn de volgende aanwijzingen belangrijk:

– Plotselinge felle enkelzijdige pijn op borst en of tussen schouderbladen.
– Patiënt kan niet volledig inademen
– Bij palpatie (aftasten) is een rib/wervelverbinding (costosternale verbinding) bijzonder drukpijnlijk
– Op hetzelfde niveau moet de overeenkomstige ribwervelverbinding costovertebrale verbinding) ook duidelijk drukpijnlijk zijn

Alleen indien aan alle bovenstaande criteria wordt voldaan is er een zeer grote kans dat er sprake is van een ribblokkade. Indien meerdere costovertebrale en of costosternale verbindingen tegelijkertijd even drukpijnlijk zijn kan geen duidelijke diagnose gesteld worden. (Als mogelijke oorzaken moet men dan denken aan o.a. Syndroom van Tietze of aan Rheuma). Mogelijke extra contra-indicaties zijn : Hart, longklachten en osteoporose (botontkalking).

3. Therapie
De behandeling geschied middels een H.V.T (High Velocity Trust) gappingmanipulatie zoals o.a. beschreven door dr. K. Lewit (zie meer info). De patiënt voelt hierbij een duidelijke klik die zelden pijnlijk is. Wel is er bijna onmiddellijk een vermindering van de pijn en kan de patiënt beter ademhalen. Indien er toch een gekneusd gevoel na de behandeling resteert, verdwijnt dit bijna altijd binnen 48 uur.
Iedere patiënt krijgt verder oefeninstructies (gelokaliseerde thoracale extensiemobilisatie oefeningen ) mee om minstens 3x per dag thuis te oefenen aangezien anders de kans op een recidief zeer groot is.
Na 1-2 weken is het mogelijk deze oefeningen af te bouwen tot 1x/dag. Ons advies is om daarna hiermee door te gaan. Liefst zo lang mogelijk.

4. Resultaat
In >95% van alle behandelde patiënten is geen 2e behandeling noodzakelijk.

5. Literatuur

– K. Lewit; Manuelle Medicin 1987

– Dvorzak / Dvorzak. Grieve

– Lunacek /van de El